Bekleed een springvorm van 26 cm doorsnede met bakpapier.

Rooster de amandelen in een droge koekenpan.

Mix de geroosterde amandelen en de dadels in de keukenmachine tot een deegbal.

Bekleed de bodem van de springvorm met het amandel-dadel mengsel en druk goed aan.

Snijd de boven- en onderkanten van de sinaasappels (inclusief wit velletje) af. Zet de sinaasappels vervolgens op de snijplank en snijd in een ronde beweging de schil eraf. Zorg dat je zoveel schil eraf snijdt dat je het witte velletje ook meeneemt. Pak de sinaasappel in je hand en snijd de partjes tussen de witte velletjes uit. Doe dit boven een kom zodat je het sinaasappelsap opvangt. Herhaal dit totdat je alle partjes, zonder schilletjes, eruit hebt. Zet 1/3 van de sinaasappelpartjes apart voor decoratie.

Zet de gelatineblaadjes in een laagje water om te weken.

Doe de kwark, de bananen, de honing en de overige sinaasappelpartjes in de keukenmachine of blender en mix goed door elkaar.

Doe het opgevangen sinaasappelsap en het citroensap in een steelpannetje en verwarm op laag vuur. Zorg dat het niet gaat koken! Knijp vervolgens de gelatineblaadjes uit en voeg toe aan het warme sap mengsel. Roer goed door en laat iets afkoelen. Voeg daarna met een spatel toe aan het kwarkmengsel en meng heel goed door.

Giet het kwarkmengsel boven op de amandel-dadel bodem en dek af. Laat gedurende minimaal 3 uur opstijven in de koelkast.

Rooster ondertussen het amandelschaafsel en laat dit weer afkoelen.