Zeef de bloem boven een mengkom. Voeg ook de gist, het suiker, de boter en de helft van het water toe. Voeg ook het zout toe maar doe dit zo ver mogelijk bij het gist vandaan.
Meng alles goed met je handen of met de keukenmachine en kneed het deeg door. Kneed net zolang totdat er een zacht deeg ontstaat. Voeg tussendoor steeds in kleine beetje de rest van het water toe totdat je en soepel, zacht en elastisch deeg hebt.
Maak een mooie bal van het deeg en dek de kom af met een schone en vochtige theedoek. Laat het deeg op een warme plek ongeveer 1 uur rijzen totdat de bal twee keer zo groot is.
Bestrooi je aanrecht met wat bloem en leg het deeg erop. Verdeel het deeg in 8 - 10 gelijke stukken en maak er mooie kleine bolletjes van.
Bedek de bolletjes weer met de vochtige theedoek en laat ze wederom een uur rijzen op een warme plek.
Verwarm ondertussen de oven voor op 220 graden. Bekleed een bakplaat met bakpapier en maak nu van de helft van de bolletjes brood haantjes. Dit doe je door de bolletjes één voor één te pakken en in de vorm van een halve maan te kneden. Leg ze zo op de bakplaat met de ronding naar beneden. Maak van de linker kant een snaveltje en knip met een schaar in de achterkant twee spleetjes, zo ontstaat er een staart.
Knip ook een klein vleugeltje aan de voorkant van het brood haantje. Druk als laatste een rozijn op de plek van het oog en bak de brood haantjes in 15 - 20 minuten tot ze mooi goudbruin zijn.
Herhaal dit ook bij de rest van de deeg balletjes.
De brood haantjes zijn het lekkerste als ze vers gebakken zijn.