Schil de bieten en snijd in grove stukken. Zet in een pan met water op het vuur en laat in 1,5 tot 2 uur (bij winterbieten) of in 30 minuten (bij zomerbieten) gaar koken. Test met een vork de gaarheid. Giet ze af als ze gaar zijn en laat afkoelen.
Schil ondertussen de aardappels en snijd in grove stukken.
Was de boerenkool en snijd fijn.
Doe de aardappels en de boerenkool samen in een grote pan met water. Zorg dat de aardappels en de boerenkool onder staan.
Voeg een snufje zout toe en breng aan de kook. Laat gezamenlijk 20 minuten door koken.
Rasp de bieten met de grove rasp.
Snijd de augurken in kleine blokjes van 0,5 cm x 0,5 cm.
Rooster de walnoten in een droge koekenpan.
Giet de aardappels en de boerenkool af als ze gaar zijn.
Stamp met de puree stamper tot een stamppot. Voeg de boter en melk toe en meng goed door elkaar. Voeg ook de geraspte biet toe en breng op smaak met zout en peper.
Verwarm de bieten stamppot met boerenkool zo nodig nog even op een laag pitje. Serveer daarna met de augurken blokjes en de walnoten.