Verwarm de oven voor op 180°C.
Meng de bloem, suiker en een snufje zout in een kom.
Voeg de koude gesneden boter toe en meng met je vingers erdoor tot het mengsel op grove kruimels lijkt.
Voeg het ei toe en kneed tot een samenhangend deeg.
Wikkel het deeg in plasticfolie en laat het minstens 30 minuten in de koelkast rusten.
Meng de appelschijfjes met suiker, kaneel, citroensap en bloem. Zorg ervoor dat de appels gelijkmatig bedekt zijn met het mengsel.
Neem 2/3 van het deeg en rol het uit op een met bloem bestoven oppervlak tot een cirkel die groot genoeg is voor je taartvorm.
Bekleed de bodem en de zijkanten van de taartvorm met het deeg.
Verdeel het appelmengsel gelijkmatig over de deegbodem.
Rol het overgebleven deeg uit en snijd het in lange repen.
Plaats de repen in een vierkant raster bovenop de appels.
Bestrijk het deegraster met een dun laagje melk voor een mooie goudbruine kleur.
Bak de appeltaart in de voorverwarmde oven gedurende 45-50 minuten, of tot het deeg goudbruin is en de appels zacht zijn.
Laat de taart afkoelen in de vorm voordat je hem uit de vorm haalt.
Aan tafel! Serveer de appelaart gemaakt van goudreinetten.